Aziatische hoornaar (Vespa velutina (Lepeletier))
Orde: Hymenoptera (vliesvleugeligen)
Familie: Vespidae (plooivleugelwespen)
De Aziatische hoornaar is een exotische wespensoort die zich inmiddels heeft verspreid van Frankrijk tot Spanje, Portugal, Italië, Duitsland, Groot-Brittannië en België. Ook in Nederland wordt de soort steeds vaker aangetroffen.
Uiterlijk
De Aziatische hoornaar is goed te herkennen aan zijn volledig zwarte borststuk. Ook de poten zijn zwart, maar de uiteinden van de poten zijn knalgeel. Op het achterlijf is aan de voorzijde een smalle gele band te zien. Verder naar achter is een dikkere gele band zichtbaar. De Aziatische hoornaar is iets kleiner dan de (Europese) hoornaar (Vespa Crabro). Werksters van de Aziatische hoornaar worden zo’n 1,7-2,4 cm groot.
Leefwijze en ontwikkeling
De leefwijze van de Aziatische hoornaar is veelal hetzelfde als die van andere sociale wespen. In het voorjaar start de overwinterde koningin met het vormen van een nest met een kleine populatie nakomelingen. Als het nest te groot wordt voor de locatie, verhuizen zij naar een betere plek. Het overgrote deel van de nesten wordt hoog in boomtoppen gebouwd. De Aziatische hoornaar maakt vrij hangende nesten. Een nest kan wel een doorsnee van 80 cm bereiken, waarin zich tot wel 1000 hoornaars bevinden.
In het nest worden de jongen groot gebracht. Zij hebben behoefte aan eiwitrijk voedsel voor de groei en worden gevoed met andere insecten. Hiervan worden lichaamsdelen afgebeten tot alleen het eiwitrijke borststuk (waarin zich de vliegspieren bevinden) achterblijft. De volwassen hoornaars hebben alleen koolhydraatrijk voedsel nodig. Zij voeden zich o.a. met nectar.
In september worden mannetjes geboren, een maand later de jonge koninginnen. Deze paren met elkaar. De bevruchtte koninginnen zoeken een beschutte plek om te overwinteren. De overige wespen van het nest sterven in de loop van de herfst.
Overlast
De Aziatische hoornaar is een jager, met een sterke voorkeur voor honingbijen. Zo’n 37% van hun dieet bestaat uit honingbijen. In stedelijke omgeving kan dit wel 65% bedragen. De soort kan honingbijenkasten binnendringen, waarna de nesten volledig worden leeggeroofd.
De Aziatische hoornaar is voor de mens niet gevaarlijker dan de Europese hoornaar. Wel nestelt deze vaak in stedelijke gebieden. Samen met het feit dat nesten van Aziatische hoornaars uit grotere aantallen wespen bestaan dan de inheemse hoornaar, vergroot dit wel de kans op een aanvaring met de wesp. Steken van een hoornaar kunnen pijnlijker ervaren worden dan die van overige wespen, aangezien de angel een stuk langer is. De gifstof die zij met hun angel inbrengen kan zodanig direct in de bloedbaan terecht komen. Bij een allergische reactie kan een Epipen* worden toegepast.
* Let op: de Epipen is géén tegengif. Na de adrenaline injectie zal de allergische reactie alsnog verder behandeld moeten worden. Bel na gebruik van de Epipen dus altijd 112!
Bestrijding
De Aziatische hoornaar staat op de Europese Unielijst van exoten. Dit houdt in dat de provincies verplicht zijn om de wesp te bestrijden wanneer deze wordt aangetroffen. Tevens is het verboden de soort in het wild los te laten. Wij raden streng af om zelf nesten te behandelen of te verwijderen wegens de risico’s op meerdere steken.
Alvorens een bestrijding dient te worden vastgesteld of het inderdaad de Aziatische hoornaar betreft (determinatie). De (Europese) hoornaar is namelijk een belangrijke rover in de natuur en hoeft niet bestreden te worden.
Op de website van de NVWA vindt u een handleiding wat u moet doen bij het zien van een Aziatische hoornaar:
www.nvwa.nl/onderwerpen/aziatische-hoornaar
Het is van belang dat u altijd een foto van het insect en/of het nest maakt!
Advies
Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen hebben, neem dan contact op met het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD).
Deze informatie wordt u verstrekt zonder dat er een expert van ons ter plaatse geweest is. Dit betekent dat u deze informatie op eigen risico gebruikt. Het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD) kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor enige (vervolg-)schade die hieruit voortvloeit. Om zeker te weten om welk dier het gaat en de overlast zoveel mogelijk te beperken, raden we u altijd aan om een determinatie bij ons te laten doen of een onderzoek ter plaatse te laten verrichten door een KAD-adviseur.