Mosmijten (Oribatida spp.)
Orde: Sarcoptiformes
Onderorde: Oribatida (mosmijten)
Families: o.a. Ceratozetidae, Humerobatidae en Oribatulidae
Mosmijten komen algemeen voor in de strooisellaag van de bodem, maar ook op bomen en planten. In Nederland zijn een groot aantal verschillende soorten te vinden, waarvan slechts enkele af en toe in min of meer grote aantallen worden aangetroffen. De bekendste daarvan zijn de soorten Trichoribates trimaculatus (Koch), Humerobates Rostrolamellatus (Grandjean) en Phauloppia lucorum (Koch).
Uiterlijk
Mosmijten zijn donker van kleur en bezitten een stevig uitwendig skelet. Ze zijn rond-ovaal van vorm en hebben een lengte van 1-1,5 mm. Bij oppervlakkige beschouwing lijken mosmijten wel iets op kleine kevertjes.
Leefwijze
Ze worden voornamelijk aangetroffen in de strooisellaag, waar ze zich voeden met algen, schimmels, rottend blad, e.d. Mosmijten ontwikkelen zich in grote aantallen als er een “uitbundige” plantengroei is en de strooisellaag gedurende een langere periode voldoende vochtig is. Ze komen ook voor onder de schors van bomen, in moslagen, op bemoste daken en in rieten daken.
De volwassen mijten zijn actief op zoek naar voedsel en schuilplaatsen, waarbij sommige soorten sterk de neiging hebben om tegen verticaal staande objecten (bomen, muren e.d.) op te klimmen. Dit treedt vooral op als de omgevingsomstandigheden drastisch veranderen, d.w.z. wanneer het plotseling vrij droog of vrij nat wordt. De mijten verzamelen zich dan in grote aantallen. Dit verschijnsel duurt gewoonlijk niet langer dan enkele weken.
Wering en preventie
Mosmijten die in gebouwen worden aangetroffen, zijn vaak afkomstig van platte daken, vanuit rieten daken of dakgoten waarin mos- en algengroei optreedt of zich bladafval of iets dergelijks heeft opgehoopt, uit de strooisellaag in de tuin, of vanaf dichtbij staande, bemoste bomen.
Bij overlast is het van belang om schuil- en ontwikkelingsplaatsen te saneren en/of weg te nemen. Dit houdt onder andere in dat daken moeten worden gereinigd, mos en bladeren moeten worden verwijderd en de waterafvoer van daken en goten moet worden verbeterd. Indien gewenst valt te overwegen zwaar bemoste bomen in de directe omgeving van de woning te verwijderen.
In de tuin dient de strooisellaag niet te dik te zijn, moeten grote hopen dood blad opgeruimd worden en is het verstandig composthopen verder van de woning te plaatsen, aangezien ze een ontwikkelingsplaats kunnen vormen.
Een bestrijding van mosmijten is weinig zinvol en na het nemen van de juiste weringsmaatregelen niet nodig. Binnenshuis kunnen aanwezige mijten verwijderd worden met de stofzuiger.
Advies
Mochten de weringsmaatregelen, uitgevoerd aan de hand van deze informatie, onvoldoende resultaat opleveren, neem dan contact op met het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD).
Deze informatie wordt u verstrekt zonder dat er een expert van ons ter plaatse geweest is. Dit betekent dat u deze informatie op eigen risico gebruikt. Het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD) kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor enige (vervolg-)schade die hieruit voortvloeit. Om zeker te weten om welk dier het gaat en de overlast zoveel mogelijk te beperken, raden we u altijd aan om een determinatie bij ons te laten doen of een onderzoek ter plaatse te laten verrichten door een KAD-adviseur.