Gehoornde meelkever (Gnatocerus cornutus (F.))
Orde: Coleoptera (kevers)
Familie: Tenebrionidae (zwartlijven)
De gehoornde meelkever is 0,4-0,6 cm lang en kanstanjebruin van kleur. Opvallend zijn de twee uitgegroeide mandibels aan de voorzijde van de kop die doen denken aan hoorns; vandaar de naam gehoornde meelkever.
Ontwikkeling
De gehoornde meelkever ondergaat een volledige gedaanteverwisseling. Het vrouwtje legt tijdens haar leven 250-1000 eitjes. Bij gunstige omstandigheden duurt de ontwikkeling van ei tot adult 57 dagen. De voorkeurstemperatuur is 24 tot 30°C (bij temperaturen lager dan 10°C staat de ontwikkeling volledig stil). Zowel de larven als de imago’s kunnen lange tijd overleven in naden, kieren of andere verborgen ruimten waar gemorst (voedsel) product is blijven liggen.
Schade
De voornaamste vorm van schade die de gehoornde meeltor aan kan richten is verontreiniging. Aangetaste voorraden kunnen gaan beschimmelen. De kwaliteit van de aangetaste voorraad loopt hierdoor sterk terug.
Wering en preventie
Om te voorkomen dat gehoornde meelkevers zich kunnen ontwikkelen, zijn er een aantal dingen die u kunt doen:
- Te zwaar aangetaste voorraden dienen te worden afgevoerd en vernietigd;
- Productie- en opslagruimten (industrie) schoon en droog houden;
- Goede ventilatie toepassen, zo mogelijk ook in de voorraad;
- Temperatuur in opslagruimten zo laag mogelijk houden, liefst lager dan 15°C;
- Relatieve luchtvochtigheid in opslagruimten tussen de 40 en 60% houden;
- Voorkom broei in de opgeslagen producten;
- Zorg dat gebruikte verpakkingsmaterialen, pallets etc. schoon en droog de loods binnenkomen;
- Voorkom ophoping van stofdeeltjes en vermenging met nog te verwerken producten;
- Voor particulieren: bewaar meelproducten in goed afgesloten, plastic of glazen potten.
Bestrijding
Particulieren:
Oude voorraden uit de keukenkastjes en provisiekelder/-kast opsporen en verwijderen en daarna grondig schoonmaken. Een bestrijding met chemische middelen is dan niet nodig.
Bedrijfsmatig:
- Bij -6°C worden alle stadia binnen 24 uur gedood;
- Schuilplaatsen behandelen, ook ruwe wanden! (bijv. cyfluthrin);
- Ruimtebehandeling via verneveling (bijv. pyrethrinen);
- Gassen (een speciaal bewijs van deskundigheid nodig!).
Dergelijke bedrijfsmatige behandelingen dienen te worden uitgevoerd door een professional. Namen van bedrijven kunt u vinden op de site van de beide brancheverenigingen (NVPB en Platform Plaagdierbeheersing) en bij de Kamer van Koophandel.
Wij vestigen er de aandacht op, dat met genoemde middelen steeds de nodige voorzichtigheid in acht moet worden genomen. Onder geen enkele voorwaarde mag de vloeistof met voedingsmiddelen in contact komen. Ook moet bij een bespuiting de damp niet worden ingeademd. Men dient de aanwijzingen op het etiket nauwkeurig op te volgen. Op het etiket van een dergelijk toegelaten bestrijdingsmiddel staat tevens waar het wel mag worden toegepast en waar niet.
Gegevens op het etiket zoals “Wettelijk Gebruiksvoorschrift”, “Gebruiksaanwijzing” en “Veiligheidsmaatregelen”, kunnen bij een offerte worden opgevraagd.
Advies
Mochten de wering- en bestrijdingsmaatregelen, uitgevoerd aan de hand van dit advies, onvoldoende resultaat opleveren, neem dan contact op met het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD).
Deze informatie wordt u verstrekt zonder dat er een expert van ons ter plaatse geweest is. Dit betekent dat u deze informatie op eigen risico gebruikt. Het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD) kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor enige (vervolg-)schade die hieruit voortvloeit. Om zeker te weten om welk dier het gaat en de overlast zoveel mogelijk te beperken, raden we u altijd aan om een determinatie bij ons te laten doen of een onderzoek ter plaatse te laten verrichten door een KAD-adviseur.